dinsdag 21 april 2009

Verlies van belastinginkomsten

Vandaag las ik een uitspraak waarbij de rechter in zijn overwegingen meeneemt of er risico is op verlies van belastinginkomsten. Dat begrip komt uit jurisprudentie van het Hof van Justitie van de EU. Je komt het begrip ook tegen in aanschrijvingen van de staatssecretaris. Ik noemde het ook in mijn vorige bericht. Dit soort afwegingen worden meer en meer belangrijk in de voor de heffing van BTW geldende regels. Zo is het van belang bij de vraag of je kunt crediteren en of het crediteren gevolgen heeft voor de BTW schuld die is ontstaan bij het daaraan voorafgaande debiteren. Volgens de staatssecretaris is teruggave van BTW maar in een beperkt aantal gevallen mogelijk. De meeste mensen menen dat je de BTW altijd kunt verrekenen, als je een eerdere factuur crediteert. Dat is (formeel) niet juist. Het is niet de methode die het Hof van Justitie aanreikt en het is volgens de staatssecretaris maar in een beperkt aantal gevallen juist. Dit zijn dingen waar ik binnenkort in een lezing aandacht aan besteed: De formaliteiten van de BTW! Terug naar de uitspraak van vandaag. De rechter meent dat een naheffingsaanslag terecht is opgelegd bij iemand die ten onrechte BTW had berekend. Het was berekend en dus ben je het verschuldigd. Het was ten onrechte berekend, omdat hij geen ondernemer was. Ik vraag me af of naheffen van BTW mogelijk is bij iemand die geen ondernemer is of was. Die is immers geen subject van de wet waarop de aanslag gebaseerd is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten