Posts tonen met het label vrijstelling. Alle posts tonen
Posts tonen met het label vrijstelling. Alle posts tonen

maandag 23 april 2012

Vrienden voor het leven

U kent ze wel: Stichtingen die vrienden zijn van andere stichtingen. Ze houden zich alleen bezig met het werven van fondsen. Er was een goedkeuring die deze vriendenstichtingen buiten de heffing van BTW hield. Die is vervallen per 1 januari jl. De Europese Commissie vond het niet goed. Er geldt een overgangsregeling tot 1 juli a.s. Er zijn diverse oplossingen in de praktijk voor de problemen die zouden kunnen ontstaan door het intrekken van de goedkeuring. Bijvoorbeeld het overhevelen van bepaalde activiteiten van de vriendenstichting naar hun vriend, de stichting waarvoor geld wordt ingezameld. En zo zijn er wel meer oplossingen. We behandelen ze in onze lezing van juni a.s. Die gaat over verenigingen en stichtingen.

vrijdag 7 mei 2010

Vrijgestelde ondernemers of vrijgestelde prestaties

Voor de meeste vrijstellingen in de BTW geldt, dat een specifiek benoemde handeling wordt vrijgesteld van de heffing. Het gevolg is dan dat geen BTW wordt berekend en dat geen BTW wordt afgetrokken, die relateerbaar is aan de vrijgestelde prestatie. Het komt veel voor dat een ondernemer uitsluitend vrijgestelde prestaties verricht. Ik wees er eerder al op dat het dan toch om een ondernemer gaat, wat soms opppassen is. Verder is het van belang om vast te stellen dat zo'n ondernemer alleen dan uitsluitend vrijgestelde prestaties verricht, als alle prestaties in de vrijstelling passen. Een recente uitspraak van een Hof over een ziekenhuis, kan hier als illustratie dienen. Het ging om de administratieve verwerking van de handelingen van aan het ziekenhuis verbonden chirurgen. Het Hof spreekt uit dat administratie tegen vergoeding ten behoeve van de chirurgen niet is vrijgesteld. Het gaat niet om iets dat behoort tot de verzorging van zieke mensen. Zo kan het ook bij andere 'vrijgestelde ondernemers' voorkomen dat zij activiteiten hebben die helemaal niet zijn vrijgesteld, al lijkt het wel zo op het eerste gezicht. Veel ontwikkelingen spelen daar een rol. Bijvoorbeeld de ontwikkeling om backoffice activiteiten uit te besteden of te concentreren. Ook de ontwikkeling in het fiscale recht speelt een rol, dat vrijstellingen waarschijnlijk vaak beperkter moeten worden uitgelegd dan wij doen in Nederland. Kortom, het is oppassen met vrijstellingen in de BTW. De klanten die u heeft die vrijstellingen toepassen, zijn wel uw meest interessante voor de BTW!

maandag 23 november 2009

Een oud gebouw is een onbebouwd terrein

Dat wil zeggen, als de sloop van dat oude gebouw al is aangevangen én is afgesproken dat die sloop voor rekening van de verkoper van het gebouw wordt uitgevoerd. Ik heb het hier over de uitspraak van het Hof van Justitie in de zaak Don Bosco. Het Hof heeft vorige week geantwoord op vragen van de Hoge Raad. De levering van een bouwterrein is van rechtswege belast met BTW en daardoor is de verkrijging vrijgesteld van de heffing van Overdrachtsbelasting. De vraag was of daarvan sprake is in een situatie zoals ik die beschrijf, waarbij het gebouw er nog staat, maar de sloop al wel is aangevangen. Het Hof antwoordt van wel. Daarmee zou de levering van een gebouw dat wordt gesloopt zijn aan te merken als de levering van onbebouwde grond en doet de vraag zich voor of dat dan bouwterrein is of niet. Het is aan de Hoge Raad om dat te beslissen in de voorliggende casus. Tot dusverre was voor het antwoord op die vraag doorslaggevend of er handelingen waren verricht gericht op toekomstige bebouwing, naast de andere mogelijkheden, zoals vergunning en omgevingsfactoren. Nu bepaalt het Hof ook dat het begrip bouwterrein in de richtlijn de bedoeling heeft een terrein te zijn waarop een gebouw gerealiseerd gaat worden. Nu wordt het interessant als je wilt dat grond geen bouwterrein is, omdat je liever Overdrachtsbelasting hebt, er geen handelingen zijn verricht gericht op toekomstige bebouwing én er ook geen andere redenen zijn waarom de grond bouwterrein zou zijn. Dit, terwijl er wel onmiskenbaar een bedoeling is te gaan bouwen op de grond. Dan was het geen bouwterrein, maar als ik het Hof goed begrijp is dat strijdig met de bedoeling van de richtlijn. In hoeverre dit verder in deze zaak aan de orde komt is de vraag. Dat hangt van de Hoge Raad af. Wel een aandachtspunt in voorkomende gevallen, lijkt mij…

maandag 26 oktober 2009

Nog een keer over vrijgesteld verzekeren

Inmiddels heb ik de uitspraak van het Hof van Justitie gelezen over de cessie van herverzekeringscontracten. Ik zou daar nog op terug komen. Lezing van een uitspraak van dit Hof geeft altijd bijzondere gezichtspunten. Zo bleek dat het Hof ook nog een paar bijzondere overwegingen had over wat in onze wet in artikel 31 is geregeld. Daar kom ik later misschien nog eens op terug. Voor de verzekeringsvrijstelling is het duidelijk. Niet van toepassing, zegt het Hof, want geen ‘handeling ter zake van verzekering of herverzekering’. Het is een andere dienst en die is belast. Andere vrijstellingen zijn ook niet aan de orde. Het Hof wijst er op dat er alleen sprake is van verzekeren als er een relatie ontstaat tussen een verzekeraar en een verzekerde. Het uitbesteden van het risico is in zo’n geval dus geen belemmering voor de vrijstelling. Eigenlijk allemaal wel bekend uit eerdere uitspraken. Kortom, bij cessie van verzekeringscontracten geldt geen vrijstelling!

maandag 12 oktober 2009

Beroepsopleidingen en BTW

Beroepsopleidingen geven in de BTW al eerder aanleiding voor onrust. Heel kort weergegeven ging het als volgt. Er geldt een keuzemogelijkheid voor beroepsopleidingen, in die zin dat de aanbieder kan besluiten ze belast met BTW of vrijgesteld aan te bieden. Opgemerkt werd dat dit niet in overeenstemming is met de Richtlijn. Toen men de richtlijn wilde implementeren, werd opgemerkt in de branche dat dit toch wel vervelend zou zijn, in die zin dat een vrijstelling niet gewenst is door aftrekgerechtigde afnemers (de paradox van de BTW…). De gedachte kwam op om de keuze overeind te laten, maar dan anders. Daarop bleek dat ook het alternatief niet richtlijnconform werd geacht. De voorgestelde wijziging werd te elfder ure ingetrokken. Zo laat zelfs, dat sommigen in hun bedrijfsvoering al met de wijzigingen rekening hadden gehouden… Nu is er opnieuw een aanpassing voorzien per 1 januari a.s. Het blijft mogelijk om ‘beroepsopleidingen’ belast met BTW aan te bieden. De vrijstelling geldt, net als in de richtlijn, alleen voor erkende instellingen. Dit lijkt de mogelijkheid open te laten opleidingen belast en vrijgesteld aan te bieden. Dat zou een onderwijsinstelling vanuit twee rechtspersonen kunnen doen, waarvan er één erkend is. In zo’n geval zijn er ook hele goede mogelijkheden de verhouding tussen de twee rechtspersonen te optimaliseren voor de BTW. Het is niet helemaal duidelijk of het bedoeld is en geaccepteerd wordt dat er vanuit twee rechtspersonen gewerkt gaat worden. Zodra dat duidelijk is, meld ik dat weer hier…